Winterreise bestaat uit 24 liederen. De tekst is van Wilhelm Müller (1794-1827. Frans Schubert (1797-1828) zette ze op muziek. De liederen gaan over een man die is afgewezen door zijn geliefde en noodgedwongen op reis gaat. Ze beschrijven zijn reis door een kaal en verlaten winters landschap. Het eerste couplet van het eerste lied (Gute Nacht) geeft een goede samenvatting van het verhaal dat Müller en Schubert vertellen.
Fremd bin ich eingezogen,
Fremd zieh´ ich wieder aus.
Der Mai war mir gewogen,
Mit manchem Blumenstrauß
Das Mädchen sprach von Liebe
Die Mutter gar von Eh
Nun ist die Welt so trübe
Der Weg gehüllt in Schnee
Toen Müller de gedichten schreef en Schubert ze op muziek had gezet, konden ze niet vermoeden hoe populair de cyclus zou worden. Winterreise wordt nog steeds volop uitgevoerd. Er zijn vertalingen gemaakt in vele talen. De oorspronkelijke taal is Duits. In 2008 heeft de Asser dichter Egbert Hovenkamp de 24 liederen vertaald in het Drents. De liederen zijn opgenomen in het boekje ‘Kolde Tocht’, dat is uitgegeven door ’t Huus van de Taol in Beilen.
Tijdens de corona-pandemie zijn Winterreise en Kolde Tocht samen-gebracht en ontstond een geheel nieuwe voorstelling. De rode draad daarin is een eigentijds liefdesverhaal dat in het Drents wordt verteld en zich ook in Drenthe afspeelt. Verteller is Anne Doornbos. Hij is ook de schrijver van het verhaal. Het centrale thema is liefdesverdriet. Het verhaal wordt afgewisseld door 11 liederen uit Winterreise, zeven in het Duits en vier in het Drents. De elf liederen zijn representatief voor de hele cyclus. De zangers van de liederen zijn Martijje en Han Warmelink. De pianist is Erik Kammenga.
Winterreise of Kolde tocht
datum
zondag, 19-03-2023
tijd
14.30
locatie
Kerk in Oosterhesselen